Home | Nieuws | 12 portretten | Cursussen | Astro Extra (weblog) | Artikelen | Bronnen & info | Downloads | Sitemap
Vooraf: de horoscoopfiguur
1 Tekens
Elementen: vuur (+), aarde (-), lucht (+) en water (-)
Kwaliteiten: hoofd, vast, beweeglijk
2 Huizen
3 De vier hoeken
Ascendant/descendant
MC/IC
4 Planeten
5 De aspecten
Deze les bevat zes voorbeelden en zeven tabellen. Je kunt deze ook apart bekijken, zie links in de rechterkolom.
Een horoscoop is een kaart van de hemel, zie de tekening hiernaast. De twaalf tekens van de dierenriem worden in de buitenste cirkel getekend. Vervolgens wordt de cirkel in twaalf segmenten verdeeld, de zogenaamde huizen. De vier belangrijke hoekpunten van de horoscoop zijn ascendant en descendant, MC en IC.
Tenslotte bekijken we de hoeken die de planeten met elkaar en met belangrijke punten uit de horoscoop maken, de zogenaamde aspecten. De bijbehorende tekening staat in het hoofdstuk Aspecten.
Dierenriemtekens symboliseren een reeks samenhangende karakteristieken. Een goede kennis van en inzicht in deze karakteristieken is onmisbaar voor iedereen die iets aan astrologie wil doen.
In tabel 1 is om te beginnen een overzicht opgenomen met in de eerste kolom het symbool. De afkortingen in de tweede kolom zijn internationaal; ze zijn gebaseerd op de Latijnse namen. In de vierde kolom staat een korte typering.
Kolom 5-7: de dierenriemtekens worden op verschillende manieren in groepen verdeeld. In kolom 5 staan de elementen; deze zijn voor veel mensen al wel bekend. Minder bekend zijn de kwaliteiten die in kolom 6 worden vermeld en de indeling in +/- in kolom 7, die ook wel aangeduid worden als polariteiten. Elementen, kwaliteiten en +/- zijn een handige hulp bij het uitleggen van een horoscoop en we gaan er dan ook nader op in.
In kolom 8 is weergegeven welke planeet heerst over een bepaald teken. Het belang daarvan komt verderop in deze les aan de orde (4 en tabel 6).
Om kennis van en vooral inzicht in de betekenis van de dierenriemtekens te bevorderen, komen in deze paragraaf de indelingen uit de kolommen 5-7 aan de orde. Vanuit die indelingen bekijken we de eigenschappen van de verschillende tekens. Ze geven een algemeen begrip, waardoor het veel gemakkelijker wordt de betekenis van ieder teken apart te onthouden en ook echt goed te begrijpen. Tabel 2 brengt de indelingen in beeld.
In les 3 komen nog enkele specifieke eigenschappen van elk teken aan de orde, maar wil je er meer van weten, lees dan de twaalf portretten.De beschrijvingen hierna zijn heel kort, en kunnen daardoor wat overdreven overkomen. Pas ze nooit zonder meer op jezelf toe; je moet altijd de hele horoscoop bekijken voor je uitspraken kunt doen over een onderdeel. Het gaat er hier om een beeld te schetsen van een bepaald type. Wanneer je dat al te genuanceerd doet, wordt het er niet duidelijker op, vandaar de nogal uitgesproken beweringen. In les 5 komt iets uitvoeriger aan de orde wat het betekent als een bepaald element ontbreekt in een horoscoop.
Overigens houdt de hierna vermelde indeling in + en - geen waardeoordeel in. Vergelijk het met magnetische of elektrische polen: er is altijd een pool en een tegenpool, een plus en een min. Vandaar dat + of - ook polariteiten worden genoemd.
De vuurtekens (+): Ram 1 | Leeuw 5 | Boogschutter 9
Wat de polariteiten betreft, Vuurtekens zijn +. Karakteristieken van vuurtekens: optimistisch, ongecompliceerd, gaan problemen niet uit de weg maar pakken ze aan. Eerlijk. Hebben ruimte nodig om zich vrij en spontaan te uiten. Assertief, vol zelfvertrouwen. Niet erg geduldig met details.
Overheersend vuur: Veel energie, zeer enthousiast, weet niet van ophouden. Dominant, arrogant.
Gebrek aan vuur: Niet erg vitaal, last van moedeloosheid, legt zich neer bij tegenslagen. Somber en geneigd tot pessimisme, veel geduld.
De aardetekens (-): Stier 2 | Maagd 6 | Steenbok 0
Wat de polariteiten betreft, aardetekens zijn -. Karakteristieken van aardetekens: stabiliteit, gebruikt beschikbare bronnen om praktische doelen te bereiken. Goede fysieke weerstand, zelfdiscipline. Sterke binding met de natuur.
Overheersend aarde: Verdedigt traditionele waarden, maar kan ook erg inhalig zijn en gericht op lekker en veel eten, geld, seks e.d.
Gebrek aan aarde: Staat niet met beide benen op de grond, vindt een geregeld leven leiden moelijk, geneigd de dagelijkse behoeften te vergeten.
De luchttekens (+): Tweelingen 3 | Weegschaal 7 | Waterman -
Wat de polariteiten betreft, luchttekens zijn +. Lucht is het element van het creatieve denken. Niet alle luchtmensen zijn grote intellectuelen, wel zijn ze in staat de wereld objectief te bekijken, los van hun emoties en gevoelens. Meestal zijn luchttypes sociaal en houden ze van uitwisselen van ideeën. Gebrek aan emotionele diepgang.
Overheersend lucht: Rusteloos, overactief, snakkend naar nieuwe ervaringen. Lopen met hoofd in de wolken en hebben moeite met de dagelijkse dingen van het leven.
Gebrek aan lucht: Dit soort mensen hebben moeite met het uiten van hun ideeën. Ze zijn ook vaak sociaal onhandig en niet in staat tot small talk.
De watertekens (-): Kreeft 4 | Schorpioen 8 | Vissen =
Wat de polariteiten betreft, watertekens zijn -. Van alle elementen heeft water het meeste diepgang en het element is ook moeilijk te typeren. Watermensen zijn in het algemeen zeer gevoelig, al doen ze vaak hun best dit goed te verbergen. Ze zijn heel fijn afgestemd op hun omgeving. Beschermend, vol medelijden, maar ook defensief en gesloten.
Overheersend water: Verdrinken in de emoties. Kan leiden tot willen ontsnappen aan de harde wereld, eventueel door afzondering, drank of drugs.
Gebrek aan water: Deze mensen zijn afgesneden van hun gevoelens en ontkennen ze. Weinig begrip voor emoties van anderen.
Hier geldt hetzelfde als is opgemerkt in het begin van 1.1. In les 5 komt iets uitvoeriger aan de orde wat het betekent als een bepaalde kwaliteit ontbreekt in een horoscoop.
De hoofdtekens: Ram 1| Kreeft 4 | Weegschaal 7 | Steenbok 0
De hoofdtekens zijn de initiatiefnemers van de dierenriem. Met Ram begint de lente, met Kreeft de zomer, met Weegschaal de herfst en met Steenbok de winter, vandaar deze karakteristiek. Hoofdtekens zijn echte pioniers, die op hun best zijn als ze nieuwe gebieden kunnen veroveren.
Rammen (vuur) geven nieuwe impulsen en zijn met hun tomeloze energie en wilskracht uitstekende opstarters van moeilijke klussen (maar meestal geen echte afmakers). Kreeften (water) zijn echte regelneven of -nichten (kan zeer irritant zijn) die overal waar zij komen een veilige omgeving creëren (gewoonlijk met succes). Weegschalen (lucht) zijn gericht op het scheppen van harmonieuze relaties (vooral omdat dat hen goed uitkomt) en Steenbokken (aarde) willen degelijke fundamenten leggen voor het leveren van prestaties in de
wereld (en het verdienen van goed geld).
Veel hoofdtekens: enthousiast en energiek, maar gebrek aan volharding en ongeduldig, soms zelfs intolerant en meedogenloos tegenover mensen die wat trager zijn.
Weinig hoofdtekens: gebrek aan initiatief; laten dingen liefst aan anderen over.
De vaste tekens: Stier 2 | Leeuw 5 | Schorpioen 8 | Waterman -
De vaste tekens zijn de vasthouders en doorbijters. De hoofdtekens jagen de ene droom na de andere na, de vaste tekens schieten te hulp en maken een werkbaar product van het ruwe materiaal. Ze zijn stabiel, zeer loyaal, nemen geen lichtvaardige besluiten. Maar wanneer ze eenmaal iets besluiten, dan houden ze zich er ook aan. Hoe verschillend deze tekens ook zijn, doelgerichtheid en uithoudingsvermogen hebben ze allevier.
Stieren (aarde) richten hun energie op het verwerven van stabiliteit; ze doen dat rustig en bedaard en met bewonderenswaardige vasthoudendheid. Leeuwen (vuur) willen graag de touwtjes in handen houden en hun streven is erop gericht de macht te krijgen of ten minste op te vallen. Op indrukwekkende wijze proberen ze stabiliteit te creëren. Schorpioenen (water) zijn erop uit om emotioneel evenwicht te houden en proberen daarom situaties naar hun hand te zetten. Watermannen (lucht) dringen anderen hun visies op om aan de eigen ideeën vast te kunnen houden.
Veel vast: Kan niet veranderen als de omstandigheden daarom vragen. Zeer koppig.
Weinig of geen vast: gebrek aan besluitvaardigheid. Deze mensen ontbreekt het vaak aan toewijding; ze laten de dingen er te gemakkelijk bij zitten.
De beweeglijke tekens: Tweelingen 3 | Maagd 6 | Boogschutter 9 |
Vissen =
De beweeglijke tekens zijn de kameleons van de dierenriem. Zich aanpassen aan de omstandigheden is hun tweede natuur. Vaste tekens haten verandering, beweeglijke tekens vinden verandering positief. Als hoofdtekens genoeg hebben van een klus, maken de beweeglijke tekens nieuwe interesse wakker. Vindingrijk en flexibel.
Tweelingen (lucht) passen voortdurend hun inzichten aan om ruimte te maken voor nieuwe ideeën. Maagden (aarde) willen exact weten hoe de wereld in elkaar zit om zich nuttiger te maken. Boogschutters (vuur) willen de betekenis van de dingen begrijpen; deze dorst proberen ze te lessen door op onderzoek uit te gaan. Vissen (water) proberen zich voortdurend aan te passen aan de veranderende emotionele invloeden om hen heen.
Te veel beweeglijk: instabiel, verspilling van energie, rusteloos, moeite met het vertalen van ideeën in resultaten.
Weinig of geen beweeglijk: moeite zich aan te passen aan veranderingen, vaak niet bereid gebruik te maken van allerlei hulpbronnen.
Huizen duiden levenssferen aan waarin de dierenriemtekens tot uiting komen.
Huis 12 gaat bijvoorbeeld over het zich terugtrekken uit de wereld. Staat de Zon hier, dan is de geborene gewoonlijk niet iemand die op de voorgrond treedt en in bepaalde gevallen zelfs echt verlegen is, vergelijk voorbeeld 3 uit les 1. Zelfs een Leeuw, die graag mag schitteren, doet dat in stilte wanneer de Zon in 12 staat. Een familielid was zo’n type. Je merkte eigenlijk niets van haar Leeuwenaard, maar ze droeg wel vele en opvallende sieraden en als ze lachte, kon de hele buurt daarvan mee genieten.
In tabel 3 zijn de huizen weergegeven met een korte aanduiding van de levenssfeer die ze symboliseren. Ze staan met opzet in twee kolommen: huis 1 & 7 zijn elkaars tegenhangers, en dat geldt ook voor 2 & 8, 3 & 9, 4 & 10, 5 & 11 en 6 & 12.
Er zijn verschillende manieren om een horoscoop in huizen in te delen. Uitgangspunt is altijd de ascendant, die óf het midden óf het begin van huis 1 vormt. Kies je voor dat laatste, dan heb je nog twee principes: huizen van gelijke grootte, of het systeem waarbij het MC het begin van huis 10 vormt, waardoor de huizen niet allemaal gelijk van omvang zijn. Een iets andere aanpak heeft de klassieke astrologie. Het onderwerp Huizensystemen valt buiten het kader van de Basiscursus, maar komt op AstroCursus aan de orde in het onderdeel Artikelen met bijdragen van Béatrice Boucher, Jan Kampherbeek en mijzelf. De nodige links vind je daar.
In deze cursus gebruik ik een methode die met ongelijke huizen werkt, en wel die van Placidus. De belangrijkste reden is dat verreweg de meeste astrologische bronnen hierop gebaseerd zijn. Dat neemt niet weg dat de andere systemen waardevolle resultaten kunnen opleveren, maar de manier van interpretatie is iets anders.
De huizen corresponderen overigens met de dierenriemtekens. Ook zij vallen in te delen in elementen en kwaliteiten, zie tabel 4, die in feite een uitbreiding is van tabel 2. De hoofdhuizen worden ook wel aangeduid met de term hoeken of hoekhuizen. In de astrologie worden officieel andere termen gebruikt om de huizen te typeren, maar voor de interpretatie van een horoscoop maakt dit geen enkel verschil. Om nodeloze verwarring te vermijden, werk ik met de termen die ook voor de tekens worden gebruikt.
Voor de duidelijkheid zie je hier nog een keer de horoscooptekening van het begin van deze les in een wat kleiner formaat. Op het moment van de geboorte verschijnt een teken van de dierenriem aan de horizon. Dat teken is de ascendant; de graad die net op de horizon ligt, vormt het begin van het eerste huis. Precies daartegenover ligt de descendant, het begin van het zevende huis.
In het teken dat als het ware recht boven je hoofd staat op het moment van de geboorte, valt het MC, de midhemel. De graad van dit teken die precies op de midhemel valt, vormt het begin van het tiende huis. Exact er tegenover ligt het IC, Imum Coeli, dat het begin van het vierde huis vormt.
De ascendant geeft informatie over uiterlijk en optreden. Je kunt niet voorspellen hoe iemand eruit ziet met een bepaalde ascendant, maar wel iets zeggen over het soort uiterlijk, zie verder les 3. Daarnaast geeft de ascendant aan welk ‘masker’ iemand draagt voor de buitenwereld. Soms is dat masker zo sterk, dat je niet meer ziet wie de mens is die erachter zit.
Zo ken ik een vrouw, een Kreeft met ascendant Maagd; precies op de graad van de ascendant staat de planeet Mars. Als je haar niet goed kent, merk je niets van die vriendelijke, zachtaardige Kreeft, maar zie je vooral een kritische en verbaal agressieve tante die niet terugschrikt van een stevige woordenwisseling. Ken je haar eenmaal wat beter, dan merk je hoe zorgzaam en gevoelig ze is, maar niet iedereen komt door dat masker heen. Ascendant Maagd maakt iemand kritisch en verbaal sterk, hard werkend, humoristisch. Mars staat voor energie, individualiteit en agressie, zie tabel 5. Die agressie zal zich daarom vooral uiten in haar woorden. Omdat het de ascendant en dus het optreden betreft, uit de agressie zich meer mondeling dan schriftelijk. Humor heeft ze te over, maar Mars maakt haar tamelijk ruw in de mond.
Het teken op de descendant zegt iets over huwelijken en partnerschappen. Staan ascendant / descendant in beweeglijke tekens, dan zal de geborene vermoedelijk meer dan één huwelijk sluiten (als de rest van de horoscoop dat bevestigt). Een planeet in de descendant zegt vaak iets over het type levensgezel dat men zoekt. Op de ascendant kom ik uitvoerig terug in les 3; het onderwerp descendant is meer iets voor een vervolgcursus.
Huis 10 gaat over het beroep en iemands reputatie in de wereld. De precieze graad van het teken dat op de midhemel valt, heet het Medio Coeli, verder afgekort als MC. Dit MC vormt het begin van het tiende huis. Overigens: het beginpunt van een huis wordt in de astrologie cusp genoemd.
Wanneer het MC in Tweelingen staat, betekent dat onder meer dat de persoon in kwestie vaak meer dan één beroep tegelijk uitoefent, en/of veelvuldig van werkkring verandert.
Beide observaties kloppen voor mij: ik heb mijn hele beroepsleven lang altijd van alles tegelijk gedaan en doe dat op mijn 67e nog steeds. Op mijn 44e begon ik aan mijn zestiende baan na 25 jaar werken en moest daarvoor naar een ander, mij onbekend deel van het land verhuizen. Ik heb het in die baan 12,5 jaar uitgehouden om dat het werk erg afwisselend was en ik er ook van alles naast kon doen. Maar toch raakte de uitdaging eraf en in het jaar dat ik 57 werd, ben ik na bijna 38 jaar werken aan mijn zeventiende baan begonnen, iets totaal nieuws.
Tweelingen in MC zegt verder dat het werk met communicatie te maken heeft. Dat klopt wat mij betreft voor baan 17 (ik leidde van 2004-2006 een grote organisatieverandering), maar ook voor vroegere banen; ik ben bijvoorbeeld begonnen in de journalistiek.
Verder heb ik Mars precies in het MC staan. Dat maakt me, net als de vrouw uit voorbeeld 2.2, verbaal agressief. Omdat het MC niet over optreden gaat maar over beroep, uit mijn agressie zich meer professioneel dan privé.
Het IC ligt recht tegenover het MC. Het vormt het begin van het vierde huis en duidt het punt aan van de gezinssituatie, de oorsprong van de geborene. Net als de descendant is ook het duiden van het IC meer iets voor een vervolgcursus. In les 3 ga ik dieper op het MC in en komen er meer voorbeelden.
Planeten staan elk voor een bepaalde eigenschap, zie tabel 5. Het dierenriemteken waarin de planeet staat, geeft aan hoe en in welke mate deze eigenschap tot uiting komt, het huis geeft aan in welke levenssfeer de eigenschappen zich afspelen. De voorbeelden 2.2 en 2.3 illustreerden dat al.
Daarnaast is het onder meer van belang de positie van een planeet in teken en huis goed te bekijken. Mercurius gaat over het intellect. Staat deze planeet bijvoorbeeld in 11 en in Kreeft, dan zal de geborene vrienden zoeken die hem of haar intellectueel iets te bieden hebben (Mercurius in 11), maar die hem of haar ook emotioneel goed begrijpen (Kreeft). Bovendien zal het verstand (Mercurius) altijd door de emoties (Kreeft, water) worden beïnvloed.
In het kader van deze cursus komen alleen de Zon en de Maan uitvoerig aan de orde, en wel in les 3. In les 4 geven we een overzicht van de manier waarop de tien planeten kunnen inwerken op de ascendant en het MC. Dit alles geeft, behalve een inzicht in iemands optreden en beroepsmogelijkheden, ook een aardig beeld van de werking van de verschillende planeten.
Iedere planeet hoort bij één (soms twee) teken(s); daar komen zijn eigenschappen het best tot hun recht, zie ook tabel 1. Zo hoort de Zon bij Leeuw, de Maan bij Kreeft, Mercurius bij Tweelingen en Maagd. We zeggen dan dat de Zon heer is van het teken Leeuw, enz. In sommige tekens voelt een planeet zich absoluut niet thuis; hij staat dan in exiel, oftewel in ballingschap. In tabel 6 is dat aangegeven als +H (heer) en -H (ballingschap).
Er zijn ook tekens waar de planeet medeheerser is, of juist het tegenovergestelde: in vernietiging staat. Dat is in de tabel aangeduid met resp. +5 en -5.
In sommige tekens staat een planeet aardig tot zeer goed, dan staat er + zonder meer of + met een cijfer van 1-4 erachter. Slecht tot zeer slecht wordt aangegeven met -- of met een cijfer erachter. Soms ook is een planeet neutraal: 0.
De tabel helpt bij het bepalen of en in hoeverre we een bepaalde eigenschap in een horoscoop moeten laten meetellen bij de duiding.
Planeten maken hoeken met elkaar en met allerlei gevoelige punten (o.a. ascendant en MC) in de horoscoop. Een hoek is een bepaalde afstand in graden op de horoscoopcirkel en wordt aspect genoemd. De aspecten geven aan of en hoe bepaalde kwaliteiten op elkaar inwerken.
Als Jupiter (die staat voor uitbreiding) een harmonisch aspect maakt met de ascendant, dan is de geborene vriendelijk, hartelijk, goedgehumeurd, maar zou ook de neiging kunnen hebben om dik te worden. De redenering is als volgt: uitbreiding (Jupiter) krijgt alle kans (harmonisch aspect) om op het uiterlijk (ascendant) in te werken, en dus loopt de geborene kans op dik worden, zeker als andere punten in de horoscoop dit bevestigen.
Ander voorbeeld: Mars die een harmonisch aspect maakt met Mercurius verscherpt het verstand. Bij een niet harmonisch aspect gebeurt dit ook, maar nu met een agressieve ondertoon.
Op de tekening hieronder zie je hoe aspecten in een horoscooptekening worden geplaatst: als lijnen in verschillende kleuren en soorten in een middencirkel. Het voorbeeld hier is een afbeelding van mijn horoscoop zoals die wordt weergegeven op de site van AstroDienst. Je kunt allerlei voorkeursinstellingen regelen, maar wat je hier ziet is de standaardweergave.
In deze basiscursus komen alleen aspecten met ascendant en MC aan de orde, omdat de werking daarvan mijns inziens het duidelijkst zichtbaar is. In een vervolgcursus worden de aspecten van de planeten onderling behandeld, maar ook zonder uitgebreide info over iedere mogelijkheid kun je zelf al wel het een en ander afleiden.
Zo heeft een planeet die veel aspecten ontvangt meer invloed in de horoscoop dan een planeet die weinig doet. Een planeet daarentegen die helemaal geen aspecten ontvangt, is juist weer bijzonder: dit komt weinig voor, en is dus de moeite van het bestuderen waard. In les 4 behandel ik twee gevallen.
Een overzicht van de in deze cursus gebruikte aspecten vind je in tabel 7.
Drie opmerkingen bij tabel 7:
1: De afstanden die in het bovenste deel van de tabel bij ieder aspect staan vermeld, zijn exact. Er zijn echter marges waarbinnen een aspect nog geldig is; in de astrologie heet dat een orb. Een zuivere conjunctie is 0°, maar het aspect geldt nog tot 5° beide kanten op, en sommigen houden nog wat ruimere marges aan. Voor vierkant, driehoek en oppositie worden gewoonlijk ruimere marges genomen, tot zo'n 8° beide kanten op. Voor de mineure aspecten geldt een orb van 1°. Sommige astrologen nemen ruimere orbs voor aspecten met Zon en Maan, van 10-13°.
Wat is wijsheid? Ik persoonlijk houd me aan de orbs zoals ze in het onderste deel van de tabel staan vermeld. Maar als astroloog moet je hoe dan ook steeds weer afwegen of je een bepaald aspect laat meetellen of niet. In les 4 gaan we hier verder op in.
2: De vet gedrukte aspecten zijn de zogenaamde majeure aspecten. Achter hun namen zijn de afkortingen vermeld die ik in deze cursus gebruik en daarachter staat het in de astrologie gangbare symbool voor elk aspect.
3: Er worden ook twee mineure aspecten vermeld: het semisextiel, 30°, en het halfvierkant, 45°. Ik geef ze geen afkortingen omdat ik het in deze cursus er verder niet meer over zal hebben. In het algemeen gebruik ik ze niet voor geboortehoroscopen, maar een enkele keer kan het verhelderend zijn ze in aanmerking te nemen, bijvoorbeeld als iemand vragen heeft over iets specifieks waarover de horoscoop niet veel informatie biedt.
Stel dat iemand een advies over beroepskeuze wil hebben en er staan geen planeten in huis 6 (werk) en 10 (beroep), en het MC ontvangt bovendien geen majeure aspecten, dan kunnen mineure aspecten toch nog wat extra info bieden. (Andere methoden om meer info te geven over het onderwerp vind ik te gecompliceerd voor een basiscursus.)
Overigens zijn er nog veel meer mineure aspecten, maar ik heb de werking ervan niet bestudeerd, aangezien ik geloof in het principe less is more. In de gewone astrologie hebben we al te maken met zo veel variabelen, dat een goede interpretatie heel lastig is. Ik bestudeer de extra's meestal wel, maar heb nog geen aanleiding gezien om het aantal variabelen dat ik gebruik uit te breiden. Te veel variabelen maakt bovendien dat op een gegeven moment alles waar en te verklaren is. Werkt het niet op de gewone manier, dan pak je er nog wat planetoïden bij of doet een greep uit de koffer met imaginaire punten, et voilà, het probleem is opgelost. In Artikelen komt dit principe uitvoeriger aan de orde.
Fokkelien von Meyenfeldt © 1995-2022 en later